4.1 Eenvoudig bewerken
Onder eenvoudige bewerkingen verstaan we tekst vet maken en dergelijke. Daarvoor bestaan de volgende tags:
<B> </B> Hiertussen zet je tekst die vet moet worden gezet
<I> </I> Hiertussen zet je tekst die cursief moet worden gezet
<U> </U> Hiertussen zet je tekst die onderlijnd moet worden
<SUB> </SUB> Hiertussen zet je tekst in subscript
<SUP> </SUP> Hiertussen zet je tekst in superscript
<STRONG> </STRONG> Hiertussen zet je belangrijke tekst
<BLINK> </BLINK> Hiertussen zet je tekst die moet knipperen
(wordt enkel ondersteund door Netscape)
Uiteraard kan je deze tags in combinatie met elkaar gebruiken. Zorg er dan wel voor dat je ze op de juiste manier bij elkaar zet, rond elkaar dus. Een voorbeeld:
Juist: <B><U>Deze tekst is vet en onderlijnd</U></B>
Fout: <B><U>Deze tekst is vet en onderlijnd</B></U>
de meeste browsers geven geen foutmelding, maar je code is op die manier veel overzichtelijker, vooral als je met lange stukken bewerkte tekst werkt waarbij veel tags door elkaar gebruikt worden.
4.2 Geavanceerd bewerken
Wanneer je een groter stuk tekst een bepaalde opmaak wil meegeven (ander lettertype, kleur en/of grootte) kan je die tekst tussen de volgende tags plaatsen:
<FONT COLOR=”#FF00AA” FACE=���Arial” SIZE=”3″>Dit is bewerkte tekst</FONT>
Je kan in deze container de volgende elementen plaatsen (je kan er ook weglaten, dan wordt die optie gewoon niet gebruikt):
COLOR=”#xxxxxx”
Met dit element bepaal je de kleur van je tekst. Vervang de xxxxxx door de juiste kleurencode (zie de kleurenkaart).
FACE=”Arial”
Hiermee wijzig je het lettertype. Je gebruikt best een lettertype dat veel gebruikt wordt en dat vrijwel iedereen dus op zijn computer heeft.
SIZE=”x”
Hiermee wijzig je de grootte. Wijzig de x door een getal, je kan ook negatief gaan voor letters kleiner dan de standaard grootte.